Het is weer wittewijnweer, heerlijk in de tuin genieten van een koel glas op zaterdagmiddag, tenminste, dat dacht ik. Om te beginnen trok ik een krijgertje open: een Viognier uit de Ardeche, 14%, geïmporteerd door mijn ouders, klinkt goed: Viognier smaakt lichtgekoeld fris en bloemig, abrikozen, honing en blijft toch vaak goed in de zuren zitten, dat maakt hem een ideale zwoele zomermiddagwijn! Helaas, geoxideerd, kapot, zuur! Meh, jammer maar gelijk door het toilet, je moet jezelf niet gaan pesten met een vieze wijn.
Dan maar een volgende fles: een Santa Margherita, Valdadige, Pinot Grigio. Die was nog heel maar daar was ook alles mee gezegd. Voor de flauwigheid: deze was door mijn schoonouders meegenomen (echt waar) maar kon dus ook gelijk achter de Viognier aan door het toilet. NEXT!
Geen verrassingen meer, gelijk een mooie fles uit de kast: Grand Vin de Bourgogne Pouilly Fuissé. Een stevige uit 2010 van de firma Cordier. Een tijd geleden met 35% korting weten te bemachtigen bij de lokale AH. (@Albertheijn plak die lelijke sticker niet zo groot op het etiket!) Dat scheelde mooi 5 euro maar de smaak was fantastisch: een stevige witte Bourgogne, vol in het hout maar netjes in balans, weelderig topisch fruit, perzik en met genoeg frisse zuren om niet gelijk knock out te gaan. Een 100% Chardonnay met genoeg smaak maar niet zwaarmoedig of té rokerig, perfecte omlijsting van een mooie zomermiddag!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten