We begonnen met een exotische Cote du Jura chardonnay uit 2008. Altijd al eens willen proberen want dat is niet heel vaak te verkrijgen in een Nederlandse wijnzaak. Deze was niet voor onze smaakpapillen weggelegd, wat een indringende smaak: zeer oxidatief, licht bitter en in de verte wat vermolmd hout. Tja dat het een aparte smaak zou zijn wist ik uit de boekjes, nou volgende keer toch de échte Jura meenemen, een fles van 62cl. (het enige echte Jura wijnfles formaat) die beginnen bij 20 euro per fles, wellicht is dat wat.
Ok, door naar nr. 2: een Gewurztraminer van Hauller uit 2010. Ow boy, dat zou smullen geblazen worden, zwaar en stroperig en eh nou, dat was te zeggen: deze was fris als een lenteregen, geurig als een madeliefje, dartel als een steenbok en licht als een zwaluw. Ok, stop de beeldspraak, feit was dat ik er helemaal naast zat: geen grootse overrijpe lycheeshow maar heerlijk fris, een zeer nauwe verwant van de Riesling, want daar leek het nog het meeste op. Ook lekker!
Toen de rosé uit de Provence: de Clos Mistinguett Cru Classe, toemaar! Nou, niet verkeerd. Stevig maar niet het lompe van een nieuwe wereld rose. Wisselende kritieken van de proevers, de een vond hem geweldig, de ander 'meh, ik vind rosé nog steeds niet lekker'.